29 september 2024
In de afgelopen maand is er weer een aantal interessante artikelen verschenen in het European Journal of Psychotraumatology.
Een studie onderzocht de langetermijneffecten van Dialectische Gedragstherapie voor PTSS (DBT-PTSD) en Cognitieve Verwerkingstherapie (CPT) bij PTSS als gevolg van mishandeling in de kindertijd. Bij een follow-up van 9 maanden na de behandeling bleven de resultaten voor beide behandelgroepen stabiel, zonder significante veranderingen in de ernst van PTSS en andere klachten. Echter, de groep die DBT-PTSD ontving, had betere resultaten dan de CPT-groep, met kleine tot middelgrote verschillen in verbetering van symptomen. Dit wijst erop dat de effecten van psychotherapie voor complexe PTSS langdurig aanhouden, waarbij DBT-PTSD effectiever bleek dan CPT op lange termijn.
Vonderlin, R., Priebe, K., Müller-Engelmann, M., Fydrich, T., Steil, R., Resick, P. A., ... & Bohus, M. (2024). Long-term effects of dialectical behaviour therapy for posttraumatic stress disorder and cognitive processing therapy 9 months after treatment termination. European Journal of Psychotraumatology, 15(1), https://doi.org/10.1080/20008066.2024.2393061.
Een andere studie onderzocht de rol van trauma-gerelateerde negatieve overtuigingen bij de behandeling van PTSS als gevolg van jeugdtrauma, met behulp van EMDR en ImRs. In totaal werden 155 patiënten behandeld in Australië, Duitsland en Nederland. De resultaten lieten zien dat veranderingen in negatieve overtuigingen voorafgingen aan de afname van PTSS-symptomen wanneer het ging om een specifiek trauma. Voor andere trauma’s was dit juist omgekeerd: eerst verminderden de PTSS-symptomen, waarna de negatieve overtuigingen veranderden. Er werd geen verschil gevonden tussen de twee behandelmethoden. Dit wijst erop dat negatieve overtuigingen een belangrijke rol spelen in de behandeling van PTSS, ongeacht de gebruikte therapievorm. Verdere studies met meer meetmomenten zijn nodig om deze resultaten verder te onderbouwen.
Assmann, N., Rameckers, S. A., Schaich, A., Lee, C. W., Boterhoven de Haan, K., Rijkeboer, M. M., ... & Fassbinder, E. (2024). Childhood-related PTSD: the role of cognitions in EMDR and imagery rescripting. European Journal of Psychotraumatology, 15(1), https://doi.org/10.1080/20008066.2024.2397890.
Een derde studie onderzocht de langetermijneffecten van PTSS bij Nederlandse volwassenen die 12 tot 15 jaar geleden een vermoedelijk ernstig letsel hebben opgelopen. Van de 194 onderzochte deelnemers voldeed 4,8% aan de DSM-5-criteria voor PTSS. De resultaten toonden aan dat de ernst van PTSS-symptomen sterk samenhing met ernstigere klachten van angst en depressie, een lager welzijn en een verminderde kwaliteit van leven. Er werd echter geen verband gevonden met alcoholgebruik, productiviteitsverlies op het werk of zorggebruik. Bovendien waren er geen significante verschillen tussen mannen en vrouwen in de prevalentie van PTSS of de bijbehorende uitkomsten. Deze studie benadrukt de blijvende impact van PTSS op de psychologische en functionele gezondheid van volwassenen die eerder een ernstig trauma hebben ervaren en onderstreept het belang van vroegtijdige screening en preventie.
Karchoud, J. F., Haagsma, J., Karaban, I., Hoeboer, C., van de Schoot, R., Olff, M., & van Zuiden, M. (2024). Long-term PTSD prevalence and associated adverse psychological, functional, and economic outcomes: a 12–15 year follow-up of adults with suspected serious injury. European Journal of Psychotraumatology, 15(1), https://doi.org/10.1080/20008066.2024.2401285.
