28 maart 2024
In de afgelopen maand is er weer een aantal interessante artikelen verschenen in het European Journal of Psychotraumatology.
Een cross-sectionele studie onderzocht de rol van drie cognitieve factoren - cognitieve overgeneralisatie, piekeren en sociale probleemoplossing - als mediërende factoren in de relatie tussen trauma in de kindertijd en symptomen van depressie. Resultaten van structural equation modelling toonden aan dat trauma in de kindertijd een direct positief effect had op depressiesymptomen. Bovendien had trauma in de kindertijd een indirect positief effect op depressie via zelf-overgeneralisatie en piekeren, en een negatief indirect effect op depressie door effectieve sociale probleemoplossingsstrategieën. Deze bevindingen suggereren dat blootstelling aan trauma in de kindertijd kan worden geassocieerd met verhoogde depressie, waarbij zelf-overgeneralisatie, piekeren en effectieve sociale probleemoplossing een belangrijke rol kunnen spelen in deze relatie. Dit heeft potentiële implicaties voor professionals die werken met patiënten met depressie en een geschiedenis van trauma in de kindertijd.
Dehghan Manshadi, Z., Neshat-Doost, H. T., & Jobson, L. (2024). Cognitive factors as mediators of the relationship between childhood trauma and depression symptoms: the mediating roles of cognitive overgeneralisation, rumination, and social problem-solving. European Journal of Psychotraumatology, 15(1), https://doi.org/10.1080/20008066.2024.2320041
Een systematische review onderzocht of er genderverschillen bestaan in de prevalentie en het klinisch beeld van complexe posttraumatische stressstoornis (CPTSS). Data van twaalf studies werden samengevat en geanalyseerd. De bevindingen zijn gemengd: sommige studies vonden geen genderverschillen in prevalentie, terwijl één studie hogere diagnosepercentages bij vrouwen rapporteerde. Wat betreft het klinische beeld waren er verschillende resultaten, waarbij één studie hogere scores bij vrouwen vond en een andere hogere scores bij mannen. Meer gender- en geslachtssensitief onderzoek en klinische praktijk is nodig om de rol van identiteit bij complex trauma beter te begrijpen.
Lonnen, E., & Paskell, R. (2024). Gender, sex and complex PTSD clinical presentation: a systematic review. European Journal of Psychotraumatology, 15(1), https://doi.org/10.1080/20008066.2024.2320994
Dit is mijn versie van de samenvatting. Gebruik deze input als feedback voor je toekomstige samenvattingen:
Een cross-sectionele studie onderzocht de prevalentie en mentale gezondheidsuitkomsten gerelateerd aan negatieve jeugdervaringen (ACE's) bij adolescenten die zich hebben aangemeld voor geestelijke gezondheidszorg. Van de 1373 deelnemers rapporteerde 69,1% minstens één ACE, en 17,1% gaf aan blootgesteld te zijn geweest aan vier of meer ACE's. De meest gerapporteerde ACE's waren pesten, emotionele mishandeling, fysieke mishandeling en seksueel misbruik. Vrouwelijke adolescenten rapporteerden significant meer ACE's dan hun mannelijke tegenhangers. Een hoger aantal ACE's hing samen met meer zelfgerapporteerde algemene mentale gezondheidsproblemen, verhoogde prevalentie van stemmings- en posttraumatische stressstoornissen, en een grotere aanwezigheid van twee of meer comorbide psychiatrische diagnoses. Deze bevindingen ondersteunen een graduele en cumulatieve relatie tussen jeugdtrauma en mentale gezondheidsproblemen.
Knipschild, R., Hein, I., Pieters, S., Lindauer, R., Bicanic, I. A., Staal, W., ... & Klip, H. (2024). Childhood adversity in a youth psychiatric population: prevalence and associated mental health problems. European Journal of Psychotraumatology, 15(1), https://doi.org/10.1080/20008066.2024.2330880